Het overgebleven kasteelgebouw heeft drie etages op een onregelmatige plattegrond met een dikke ronde toren aan de noordelijke smalle kant. De onderste twee verdiepingen zijn gemaakt van massieve stenen. Het vakwerk boven werd na de brand van 1929 gerestaureerd en kreeg dezelfde bepleistering als de muren. Het met leisteen afgedekte dak en het achthoekige, betimmerde bovenstuk van de toren, dat net zo hoog is als de rest van de bovenverdieping, zien er modern uit. Links boven de deur is een wapensteen met de ster van Waldeck ingemetseld.

Het slot herbergde van 1687 tot 1728 de landskanselarij en de regering van Waldeck.